Neuwerk (2)

Neuwerk is klein, het is maar drie vierkante kilometer groot. Het hele eiland wordt door dijken beschermd. Er wonen drieëndertig mensen, de oostelijke kwelder hoort bij het Nationale Park Hamburgisches Wattenmeer. Ondanks dat het zo klein is heeft Neuwerk alles wat een Waddeneiland tot Waddeneiland maakt. Groene kwelders, een oude vuurtoren, wat mooie eilandhuizen, een pension,  klein haventje, een paar scheef gewaaide bomen. Het doet me denken aan de tekening van Charlotte Demotons die thuis bij mij aan de muur hangt, waarop ze de specifieke kenmerken van alle Nederlandse Waddeneilanden, de Brandaris van Terschelling, de schapen van Texel, de dorpsstraat van Vlieland, etcetera, heeft samengebracht op twee niet bestaande eilandjes die desalniettemin een feest der herkenning zijn.

Vee

Het enige dat Neuwerk niet heeft zijn duinen. Terwijl het ooit toch een typisch duineiland was dat wandelend in de richting van het vasteland op het hoger gelegen wad tot rust kwam. Op de kwelders graasde het vee van de boeren, die op de hogere zandgronden woonden. In 1556 werd Neuwerk ingepolderd. Tijdens de zware stormvloed van 1825  verdwenen de overgebleven duinen in zee en kreeg Neuwerk zijn huidige vorm, sindsdien is het een puur poldereiland. Een groot deel van het eiland bestaat nog altijd uit kwelders, die door rijzendammen en zomerdijken tegen afbraak beschermd worden.

Toren

We lopen richting de gigantische toren, midden op het eiland, die alle stormen en veranderingen heeft doorstaan. Trots neemt hij de middenpositie van het eiland in, mooie oude tuin er onder,  je mag de toren beklimmen, maar wel graag buitenom.  Het eiland dankt zijn naam aan deze enorme verdedigingstoren, das Neue Werk, die in 1310 voltooid werd. Voor die tijd was het eiland bekend als “Nige Ö”. De toren is een van de oudste gebouwen op Hamburgs grondgebied en is sinds 1814 in gebruik als vuurtoren. Wegens tijdgebrek (en geblesseerde knieën) laten we met pijn in het hart het beklimmen van de toren  aan ons voorbij gaan, maar er is hier beneden gelukkig ook genoeg te zien.

Staal

Net wanneer we op een bankje op de de dijk zijn neergestreken om van het uitzicht te genieten belt Julian Bushoff. Hij is niet het eerste kandidaat kamerlid dat vandaag belt. Dit weekend is de derde ronde sollicitatiegesprekken voor de GroenLinks/PvdA lijst voor de komende verkiezingen, en er is de overgebleven kandidaten gemeld dat er onder andere een casus over Tata steel op het programma staat. Als statenlid zit ik tot over mijn oren in dit dossier dat de afgelopen vier jaar een groot deel van de provinciale agenda heeft bepaald. De staalfabriek in IJmuiden stoot schadelijke stoffen uit waar omwonenden zich terecht zorgen over maken, maar is ondertussen wel een hele grote werkgever in het gebied. Er wordt inmiddels onder stoom en kokend water gewerkt aan een schonere fabriek voor morgen, maar ondertussen hebben we ook vandaag gewoon staal nodig, al is het maar voor de windmolens die de staalfabriek van de toekomst van groene energie gaan voorzien. Zoals zo vaak is het lastige in dit verhaal dat iedereen een beetje gelijk heeft. De fabriek die zegt schoner dan ooit te produceren: ‘Door allerlei maatregelen stoten we inmiddels 90% minder schadelijke stoffen uit dan pakweg 25 jaar geleden.’ De omwonenden die zich desalniettemin grote zorgen blijven maken: ‘We weten inmiddels veel meer over de schadelijkheid van de 10% die overblijft.’ Goed gekozen casus kortom, in essentie gaat politiek immers over het wegen van belangen?

Kijk de dames eens de ruimte hebben

Het fenomeen dat er veel ten positieve is veranderd ten opzichte van 25 jaar geleden, maar dat het voortschrijdend inzicht zo snel gaat dat we toch steeds het gevoel hebben achter de feiten aan te lopen manifesteert zich overigens niet alleen bij Tata. Zo was ik laatst op de boerderij van ‘BBB boerin’ Ingrid de Sain die mij vol trots de koeienstal liet zien. ‘Kijk de dames eens de ruimte hebben, ze bepalen zelf wanneer ze gemolken willen worden, waar ze willen lopen of dat ze liever even gaan liggen op een waterbedje. Totaal anders dan in de oude stal waarmee mijn schoonouders begonnen zijn, daar stonden de koeien de hele winter vast aan een ketting op de deel.’ Ik knik instemmend maar merk dat ik net als veel progressieve vrienden in mijn denken over dieren al weer een stap verder ben en verzucht: Honderd koeien als productiedieren hutje mutje bij elkaar in een stal omdat wij zo graag melk willen drinken, is dat eigenlijk wel normaal?

Voorkomen dat somberheid toeslaat

Als het gaat om de Wadden, het gebied waar we vandaag zijn, is al niet anders. Vijftig jaar geleden stond het gebied op de nominatie om ingepolderd te worden. Inmiddels is het gebied UNESCO werelderfgoed en werkt Rijkswaterstaat scenario’s uit waarin meebewegen met het water centraal staat in plaats van het tegenhouden er van, vanuit historisch perspectief bezien niet minder dan revolutionair. Maar nieuw onderzoek wijst uit: wat we ook doen, het zal waarschijnlijk niet genoeg zijn om het gebied tegen de gevolgen van de klimaatverandering te beschermen. Het is goed dat we steeds meer kennis vergaren, dat we ons ontwikkelen, dat het denken niet stil staat. Maar het gevaar ligt op de loer dat ik boos word op mensen die echt hun best doen, maar het tempo om wat voor reden dan ook niet bij kunnen benen. En dat ik de vooruitgang die er toch ook is niet meer zie en alleen maar somberder en somberder wordt. Dat laatste zeg ik natuurlijk niet allemaal tegen Julian, die op dit moment meer behoefte heeft aan feiten en cijfers.

Laatste plekje

Naarmate de tijd verstrijkt, duiken er uit alle hoeken en gaten steeds meer mensen op die richting de dijk de boot lopen. Alles en iedereen die in de loop van vandaag te voet naar het eiland  gekomen is, moet met deze ene boot weer terug. Veel groepen, met de uitgelaten vrolijkheid die hoort bij het lekkere gevoel samen in de buitenlucht iets te hebben gepresteerd waar je trots op kunt zijn. Eenmaal bij de boot is deze inmiddels afgeladen vol. Op het drassige weiland voor de steiger staat een korte rij voor een piepklein houten keetje dat ik op de heenweg voor opberghok heb aangezien maar dienst blijkt te doen als verkooploket. We bemachtigen de laatste plekjes op het bovendek.

Varen en staren

Een meisje met een rugzak om haar schouders neemt op de loopplank hartstochtelijk afscheid van een jongen, hij blijft, zij gaat. Wanneer de boot even later wegvaart, kijkt ze hem al leunend over de reling nog heel lang na, maar teruggekeken wordt er niet. Misschien kijkt ze ook wel gewoon naar de prachtige zonsondergang, het kleiner en kleiner wordende eiland, zoals je eigenlijk vanzelf doet op een boot, varen en staren.

Meld je aan voor de nieuwsbrief

Neuwerk (1)

Het eerste wat we doen als we aankomen in Cuxhaven is op zoek gaan naar de haven. Cuxhaven is vast

Lees verder

Baflo (1)

Dit waddenproject loopt inmiddels drie jaar. Tijd voor een kleine tussenstand. De teller van het aantal bezochte Waddeneilanden staat inmiddels

Lees verder

Rottumeroog (3)

Het heeft iets magisch. Van het duin afdalen naar het strand, vanaf daar van het eiland weglopen richting het grote

Lees verder

Meld je aan voor de nieuwsbrief

Neuwerk (1)

Het eerste wat we doen als we aankomen in Cuxhaven is op zoek gaan naar de haven. Cuxhaven is vast leuk, maar we zijn hier

Lees verder

Baflo (1)

Dit waddenproject loopt inmiddels drie jaar. Tijd voor een kleine tussenstand. De teller van het aantal bezochte Waddeneilanden staat inmiddels op eenentwintig. De aan de

Lees verder

Rottumeroog (3)

Het heeft iets magisch. Van het duin afdalen naar het strand, vanaf daar van het eiland weglopen richting het grote niets, op dat ene bootje

Lees verder

Meld je aan voor de nieuwsbrief

Reis mee met mijn Waddenreis van Texel tot Esbjerg